To be or not to be, that’s the question. Als een stukje onvoltooid verleden, liggen er nog enkele verhalen van mijn grote Brexitavontuur te wachten op voltooiing. Bijna onvoorstelbaar dat ik twee jaar geleden vrolijk, vrij, onbevangen en zorgeloos met mijn Transit Connectbus reed door Ierland en het Verenigd Koninkrijk. Het lijkt soms een leven op een andere planeet en in een andere tijd. Voor altijd verdwenen.
Onafgemaakte verhalen dus, waarvoor ik de basisinformatie, zijnde opgenomen gesprekken en goede foto’s, in mijn bezit heb, maar waarvan ik de uitwerking heb uitgesteld. Tijdens het reizen had ik niet altijd de tijd om er samenhangende verhalen van te maken. Vooral ook uit tijdgebrek. Omdat ik tijdens mijn rondreis steeds weer nieuwe ervaringen opdeed en actuelere verhalen tegenkwam, waar ik dan eerst over wilde schrijven. Zo stapelde de reeks aan onafgemaakte verhalen zich langzaam op… In de maanden erna bleven ze liggen, soms onopgemerkt, soms een hindernis en soms als uitdaging. Vandaag raap ik de moed bijeen en probeer ik zo’n verhaal uit te werken. Een fijn, lang verhaal uit het land van Brexit.
Het is het verhaal van Kieran Kirtland, een 69-jarige Engelsman die ik op 20 september 2018 ontmoet in de badplaats Southport, boven Liverpool. Kieran is ‘quite a character’, een excentriekeling. Ik kom hem gewoon op straat tegen.
De week ervoor had ik doorgebracht in het altijd regenachtige Cumbrië – ‘It’s raining or its gonna rain. Welcome to Cumbria’. Ik stond daar op het sporterrein van de plaatselijke rugbyclub in Maryport. Na Cumbrië en de Lake District was het plan om langzaam af te zakken, richting Liverpool.
In de week na 22 september zou de Britse Labourparty daar haar jaarlijkse partijconferentie houden. Een mooie kans om Jeremy Corbyn en zijn kameraden ‘in het echt’ te ontmoeten. Maar Liverpool is voor mij ook onlosmakelijk verbonden met The Beatles: John, Paul, George en Ringo. Een leven zonder de muziek en de persoonlijkheden van de Fab4 is eigenlijk onvoorstelbaar. Dus wil ik ook daarom naar Liverpool op mijn queeste naar het Walhallah, Mekka of Rome van de popmuziek; de bakermat van de Merseybeat en de geboorteplaats van mijn muzikale helden.
Eiffeltoren
Maar voordat ik naar Liverpool ga, doe ik eerst nog wat plaatsen ten noorden ervan aan. Op 19 september bezoek ik het deprimerende Blackpool, met zijn gokautomatenhallen en replica Eiffeltoren. Normaliter is het een badplaats en vakantieparadijs voor honderdduizenden Britten. Eind september is het strandseizoen voorbij en oogt de promenade verlaten en troosteloos. Het waait hard en het miezert. Lege verpakkingsmaterialen verplaatsen zich door de lege straten. In een van de winkelstraten speelt een dakloze man vals op zijn gitaar. Aan zijn voeten ligt een hond. Vanwege zijn inzet en doorzettingsvermogen, verdient zijn ietwat onzuivere gitaarspel een bijdrage, besluit ik.
Een dag later ga ik naar iets zuidelijker gelegen Southport. Kleiner dan Blackpool, met wat meer grandeur, maar onmiskenbaar ook veel vergane glorie. Goedkope vliegreizen naar verre oorden, hebben de populariteit van Engelse badplaatsen als Southport geen goed gedaan, maar misschien luidt Brexit straks de ommekeer in en herrijst Southport als een feniks uit zijn as?
Als ik aankom in Southport, is het nog droog. Ik parkeer mijn Ford Transit Connect net buiten het centrum en ga lopen. Lopend ervaar je je omgeving het best, zie je het meest en word je onderdeel van wat je ziet. Het is de optimale manier om een nieuwe omgeving te verkennen. Prominent aanwezig in Southport is een ontzagwekkend marmeren oorlogsmonument in Lord Street. Een gedenkplaats voor de gesneuvelden uit de Eerste en Tweede Wereldoorlog. Elke zich respecterende Engelse plaats, heeft wel zo’n monument, maar het monument in Southport spant de kroon en lijkt meer op een uit de kluiten gewassen mausoleum. Veel marmer en veel namen, maar tegen het plafond ook gaas ter bescherming van het monument en vooral tegen al te opdringerige en poepende duiven.
Voor een klein juwelierszaakje in Southport zie ik een in het oog vallende wat oudere man met een opvallend rood vlinderstrikje, blokjesoverhemd en een beige regenjackje. Hij valt op, juist omdat hij er zo gewoon uitziet. Een nette, gewone burgerman. Jan Modaal, Otto Normalverbraucher of in het Verenigd Koninkrijk Joe Bloggs. In zichzelf gekeerd kijkt hij ingespannen in de etalage van de juwelierszaak, waar nogal wat prijzige antieke horloges liggen. Ik raak met hem in gesprek. Hij heet Kieran Kirtland (69). Kieran is een Ierse naam, maar zijn familie komt oorspronkelijk uit Schotland, vertelt hij. ,,My mother liked an Irish actor called Kieron Moore. Iedereen noemt me Keri. Weet je wat de Ieren zeggen over de Engelsen? ‘They’re bad neighbours’.’’ Kieran heeft in de etalage een antiek vrouwenhorloge gezien met kettinkje. Te koop voor een slordige 2000 pond. Hij is verzamelaar en overweegt of hij het horloge zal kopen. Voorlopig is zijn oordeel negatief.
Vlinderdasje
,,Ik draag altijd een vlinderdasje,’’ vertelt Kieran. A real gentleman? ,,I try to be … Het is moeilijk vlinderdasjes te krijgen. Ik heb een stuk of vijf vlinderdasjes en ik heb tien horloges. Soms draag ik een normale das. Als ik een ‘mad mood’ was, zou ik dat antieke horloge dat ik net gezien heb, kopen. Don’t get me wrong. I’m a bit eccentric. Ik heb vreemde ideeën. Sommigen zeggen dat ik een beetje gek ben.’’ Deze confidentie stemt me gerust. Ik besluit Kierans verhaal op te tekenen. Ik vraag of hij zin heeft in een kop koffie en even later belanden we in een etablissement. Daar praten we verder over zijn leven, Liverpool, oorlog en over zijn grote idool Winston Churchill. Daarna maak ik wat foto’s van hem bij het oorlogsmonument aan Lord Street en eten we nog een omelette in de wat truttige Westminster Tearoom. Ik vat het plan op om een mooi portret te maken van een typische Engelsman. Als ik terug in Nederland op zoek ga naar Kieran Kirtland op internet, kom ik niets tegen. Het past wel bij het beeld van een traditionele, ietwat vreemde Engelsman die nog in een pre-digitaal tijdperk leeft, maar ik heb de informatie van Kieran dus niet kunnen checken op zijn waarheidsgehalte. Dit als bijsluiter en waarschuwing bij deze bijzondere ontmoeting…
Terug in het etablissement in Southport bestelt Kieran een cappuccino. Ik wil een Americano, een soort ondrinkbare koffie met een scheut koude of warme melk. De koffie in het Verenigd Koninkrijk is bepaald niet om over naar huis te schrijven, maar je moet wat als je verslaafd bent aan koffie en hier zeven maanden bent… We gaan tegenover elkaar zitten aan het kleine tafeltje in het café. Mijn fototoestel staat tussen ons in. Kieran heeft er geen enkel probleem mee als ik ons interview opneem, maar hij is er niet van overtuigd dat zijn verhaal het waard is om opgeschreven te worden. ,,I don’t think I’m very interesting.’’
Kieran woont in Crosby, vlakbij Liverpool en is gepensioneerd. Crosby is een kustplaatsje. Het ligt ten zuiden van Southport en net boven Liverpool. ,,Je hebt een miljoen pond nodig om er iets te kopen’’, weet Kieran. Daaraan toevoegend: ,,De meeste van mijn vrienden wonen er.’’ Tijdens mijn leven heb ik veel geld uitgegeven aan rotzooi. Ik woon tegenwoordig samen met zeven anderen, vrienden van me. Er zijn ook gemeenschappelijke kamers. Vroeger had ik een huis met twaalf kamers, waar ik alleen woonde. Ik ben heel makkelijk en ruimdenkend. Leven en laten leven. Ik ben heel erg op mezelf en kijk naar veel rotzooiprogramma’s op televisie. Mijn vader was katholiek, maar ik ben niet religieus. Godsdienst veroorzaakt problemen.’’ Kieran gelooft niet in een hiernamaals. ,,The end, is the end…
Sinds zijn pensionering bezoekt hij dagelijks een stad, vertelt hij. ,,Of het nou Southport, Chester of Liverpool is. Ik kom hier met de trein en ik heb een buspas. Ik heb er weleens aan gedacht om een oude Jaguar te kopen of een BMW. Ik ken dat soort auto’s. They don’t frighten me, maar ik heb zo’n auto niet meer nodig en ik heb beweging nodig. Eigenlijk doe ik nu precies hetzelfde als wat mijn vader altijd deed. Die ging dagelijks naar de stad. Hij werd 85 en stierf in zijn slaap. Not a bad thing to happen.’’ Excentriek is Kieran zeker, vooral in zijn taalgebruik. Geaffecteerd Engels, maar nuchter, onderkoeld en met gevoel voor understatement. ,,Op vijf maanden na ben ik 69, maar ik hoop 80 te worden. Met een beetje geluk… Ik wil geen pijnlijke dood of een langzame dood, but you can’t choose. What happens, happens…’’
Overdag reist hij naar Chester, Southport en Liverpool, op zoek naar antiek en ‘junk’. Ik zoek een leuke plek om te zijn. Ik vind niet dat ik oud ben, maar als ik in de spiegel kijk, dan weet ik dat ik dat wel ben.’’ Mensen vindt hij interessanter dan geld verdienen. ,,Maar begrijp me niet verkeerd. We kunnen niet zonder geld leven. Maar ik ben geen ‘money man’ zoals m’n vriend Nick die van geld verdienen z’n hobby gemaakt heeft. ,,Hij is zo agressief. Ik praat bijna niet meer met hem.’’ Kieran heeft een gouden Rolexhorloge, maar niet met een gouden bandje, zoals zijn vriend Nick. ,,Dat roept alleen maar aandacht op. Ik hou van motoren en van Rolex. ,,Het horloge dat ik nu draag zal mij overleven. Ze gaan zo’n vijftig jaar mee.’’
Toen Kieran nog werkte, was hij ‘mechanical engineer’. Hij ontwierp en repareerde motoren en auto’s. ,,Ferrari’s, Rolls Royces en bijzondere motoren. Vooral merken van vroeger. Ik heb nog steeds een motorfiets die 180 mijl per uur haalt.’’ Als jongen ging naar het dure Marlborough College, een ‘private school’ in Wiltshire, Zuidwest Engeland. ,,Maar ik ben nooit naar de universiteit geweest. I’m not totally top draw but I’m good.’’ Kieran kijkt tevreden terug op zijn werkzame leven. ,, I love myself, but have no illusions. Ik heb meer bereikt dan ik ooit kon hopen. Ik had m’n eigen zaak en werkte met vrienden. ,,Some of them are millionaires now. Ik heb allerlei mensen ontmoet, van gewone mensen tot gangsters.’’
Kierans familieroots liggen in Schotland. ,,De Schotten zijn beroemd om hun ingenieurs, zoals ik er ook één ben en om hun machtige strijders. Het zijn stoere mannen. Ik kom uit een oude familie. Mijn opa was districtgouverneur van Parah, een staat in India. Bremner Scott uit Wick. Lang geleden kozen ze voor de Engelsen. Een van mijn Britse voorvaderen was kolonel. Hij ging naar India met een bataljon en hij kwam terug met slechts 27 man. That was acceptable in those days….’’ En ben je zelf in dienst geweest? ,,O, Nee… But I would love to have a go… Alleen in mijn dromen. Om een stoere soldaat te zijn, ben ik niet uit het juiste hout gesneden…’’
Liverpool
Alhoewel Kieran bijna zijn hele leven in of bij Liverpool heeft gewoond, ziet hij zichzelf niet als een echte Scouser, zoals de inwoners van Liverpool worden genoemd. ,,Het leven kan er hard zijn. Mensen hebben weinig geld en geen goede banen, maar de meesten zijn oké.’’ Kieran kan niet met een Liverpools accent spreken. Hij werd in 1949 geboren en herinnert zich nog de plekken in de stad waar de bommen vielen. Liverpool werd tijdens de Tweede Wereldoorlog oorlog zwaar gebombardeerd. De littekens van die bombardementen waren lange tijd later nog zichtbaar in de stad. Vooral bij de haven werd er flink gebombardeerd. ,,Ze probeerden de docks te raken. The dock houses were nearly destroyed. Veel grote gebouwen werden er niet geraakt. Alleen de Natural Museum werd vernietigd.’’
In al zijn grandeur zie je Liverpool in Church Street bij het Victoria Monument, weet Kieran. ,,Je vindt er horloges van 30.000 Pond. Liverpool is geen Londen, maar het is een mooie stad met sommige prachtige gebouwen. Sommige daarvan zijn honderden jaren oud, zoals St. George’s Hall.’’
En The Beatles?
,,Ik hou meer van Mozart en Chopin, maar begrijp me niet verkeerd. The Beatles are very, very good.’’ En ze zijn nog steeds belangrijk. En het is Sir Paul Mc Cartney en Sir Ringo Starr en ze doen aan liefdadigheid.’’ Als er een tijdmachine bestond, zou Kieran zo terug in de tijd willen, naar de jaren zestig. ,,Het was een fantastische tijd. We hadden gaylib, womens lib and black liberation. Allemaal in de jaren zestig en zeventig. Een ‘swinging scene’, net als in de ‘roaring twenties’.
Conservatief en excentriek
Kieran is een wat excentrieke Britse conservatief, met een hang naar een glorieus koloniaal verleden en een gevoel van onvermijdelijkheid. Maar hij is ook dol op de persoonlijke vrijheden van de jaren zestig.
,,Mijn familie zat goed in de slappe was. Mijn vader had een huis op Saville Road in Liverpool. Ik had mijn eerste Bentley toen ik 13 was. Mijn moeder was zakenvrouw. Tijdens de nationalisatie na de Tweede Wereldoorlog, zei ze het moet weer geprivatiseerd worden. Een bedrijf kon volgens haar niet draaien zonder een raad van commissarissen en aandeelhouders…’’
,,Wij hebben het kapitalisme gecreëerd. Kapitalisme en democratie zijn het beste. It’s the best we can do.’’ Communisme klinkt eerlijk, maar het is geen succesverhaal. Engeland is nog steeds een goed land’’, vindt Kieran. ,,Maar je moet hoog gekwalificeerd zijn om tegenwoordig een baan te krijgen. En de Amerikaanse cultuur komt hier. Hier gebeurt hetzelfde als in Amerika, alleen vijf of tien jaar later.’’
Hij is trots op Elizabeth II. ,,Onze koningin is 91. She is the head of state. Ze is erg voorzichtig. Ze strijkt mensen niet te veel tegen de haren in. En ze is de rijkste vrouw ter wereld, met al die hectares aan land… Maar met al dat reizen, moet je wel over uithoudingsvermogen en over een goede conditie beschikken Dat zou ik niet kunnen…’’
Brexit
Van Brexit weet hij niet veel. Hij heeft niet gestemd in het referendum in 2016. ,,Ik denk dat het beter is dat we uit de EU gaan. Het heeft Engeland veel geld gekost. What happens will happen.’’ Kieran denkt dat het Verenigd Koninkrijk wel behoefte heeft aan verandering. ,,Deze regering is zwak. Het wordt tijd geld uit te geven. Engeland is nog steeds een rijk land. We moeten de National Health Service weer verbeteren, maar ik weet niet of het goed idee is om zaken te renationaliseren, zoals Jeremy Corbyn wil. ,,England once went bankrupt with the Labour party’s ideas.’’
Ziet hij zichzelf als Europees? ,,I’m afraid not, but I’m old fashioned…’’ Maar Brits dan? ,,Engels, Brits. Maar begrijp me niet verkeerd. Ik praat met iedereen … Duitsers, Russen.. Ik vind Duitsers erg charmant. Veel van mijn vrienden waren Italiaans. Zelf ben ik in Italië, Oostenrijk en Spanje geweest, maar nooit in Duitsland. Ik zou nog weleens naar Sint Petersburg willen. Daar was het grootste hof in de wereld.’’ Graag wil hij er de beroemde Fabergé eieren bekijken. ,,Ik zou alleen in de lente gaan. In de winter is het koud. In de Tweede Wereldoorlog was het er 50 graden onder nul…’’
Winston Churchill
Kieran weet veel van geschiedenis en heeft er een heel persoonlijke kijk op ontwikkeld. ,,De Eerste Wereldoorlog was de eerste moderne oorlog. De strijd met Duitsland zat er aan te komen. De Kaiser wilde het. Oorlogen gaan over macht en geld. Niemand verwachtte een vernietiging op die schaal. De meeste soldaten werden gedood door granaatscherven. Elke familie had slachtoffers. Mijn opa was onderofficier in de marine. Hij kwam terug en kreeg de Spaanse griep. Daar ging hij aan dood. Hij was 32.’’
Hij heeft grote bewondering voor Winston Churchill en bewondert diens kracht en vooruitziende blik. ,,En hij kende ook geen angst. Winston Churchill was een groot strijder en zelfs een warlord. Hij was niet echt een politicus. Er is niemand in de Britse politiek die op hem lijkt. Hij was de kleinzoon van een hertog en werd geboren in Blenheim Palace. Churchill wilde dat de Amerikanen mee zouden doen aan de oorlog. Hitler heeft ontdekt dat Engelsen koppig zijn en loyaal en sterk. Hij dacht dat we makkelijk verslagen konden worden.’’ Volgens Kieran was Stalin waarschijnlijk de belangrijkste man van de twintigste eeuw’. ,,Hij wantrouwde het Westen en zei dat het kapitalisme slecht was. Churchill kon goed opschieten met Stalin.’’
Ik wil graag nog wat meer foto’s van hem maken en vraag of hij met me meewil gaan naar het oorlogsmonument. Het lijkt me een mooie locatie voor wat foto’s. Natuurlijk wil hij meewerken. Maar hij heeft ook twijfels. Of is het geveinsde ijdelheid. ,,Are you sure I’m worth of it? Your cameralens might crack…’’
Na de fotoreeks gaan we lunchen in de Westminster Tearoom, een erg Engels en truttig restaurant in een pijpenla, maar waar alle tafels goed gevuld zijn. Ik ben vooral onder de indruk van het wanstaltige toilet, waarvan ik natuurlijk een foto neem. Na de lunch nadert het moment van afscheid nemen. Alleen regent het. En niet zo’n klein beetje ook. Dikke regendruppels vallen in een haast aaneengesloten stroom op het trottoir dat in een beek verandert. ,,Heb je een paraplu?, vraagt Kieran bezorgd. Zelf heeft hij een opklapbaar en inschuifbaar parapluutje vastgeklemd onder zijn rechterarm. ,,You may need it.’’ Mijn paraplu ligt nog in mijn auto, maar gelukkig zijn er hier volop souvenirwinkeltjes. Ik koop er een mooie plu met daarop een grote Engelse roos. Buiten wil ik linksaf slaan, op weg naar mijn auto. Ik schud Kieran intens de hand en bedank hem voor zijn verhaal en gezelschap. Het voelt haast vreemd afscheid van elkaar te nemen. De afgelopen vijf uren hebben we intensief gesproken over van alles en nog wat. Maar nu moet ik weer verder. On the road… Ik neem afscheid, zwaai hem na en zie hoe hij verdwijnt in de regen in Southport.