Grensdorp Kiltyclogher – deel 3
KILTYCLOGHER – Als iemand me wat kan vertellen over de geschiedenis van Kiltyclogher, is het de oude onderwijzeres Olive Callagher, verzekert een trouwe pubbezoeker me. Hij legt me uit dat Olive vlakbij de kerk woont. ,,Op de T-splitsing bij de kerk aan de linkerkant. You can’t miss it’. Even later sta ik voor haar deur en bel aan. Olive doet open. Als ze hoort dat ik wat wil weten over de geschiedenis van het dorp, laat ze me direct binnen. Ze heeft de hele ochtend al naar de verslaggeving rond The Royal Wedding gekeken, maar onderbreekt haar vorstelijke hoofdgerecht graag voor een tussendoortje gevuld met lokale geschiedenis.
door John Spijkerman
,,Kiltyclogher is a grand little place to live. We don’t have any violence, or vandalism’’, prijst ze het dorpje aan. Eigenlijk heeft Olive haar hele leven in Kiltyclogher gewoond, afgezien van haar geboorte die in 1941 in Dublin plaatsvond. Olive woont nu in het huis van haar ouders. Inmiddels telt het grensdorpje, in het graafschap Leitrim op de grens met Noord-Ierland, zo rond de 350 inwoners, maar Kiltyclogher heeft veel ups en downs gekend.
Olive studeerde om onderwijzeres te worden en ging in 1962 werken. ,,Eerst in Glenfarne, hier vijf mijl vandaan.’’ En vanaf 1968 op dezelfde basisschool in Kiltyclogher waar haar vader ook onderwijzer is geweest. Hij overleed toen ze 8 jaar was. De school draagt de naam van Sean MacDiarmida, Iers revolutionair en Kiltycloghers bekendste inwoner.
Olives ouders trouwden in 1933. Ze had een broer en zus, acht en zeven jaar ouder dan ik ben. ,,Maar die zijn allebei dood. Ik heb nu nog wat nichten die me af en toe bezoeken.’’ Tot 2007 heeft Olive lesgegeven en toen ging ze met pensioen. ,,Toen ik zelf als jong kind naar school ging, waren er ongeveer tachtig kinderen op school. Toen ik met pensioen ging in 2007 waren er nog 46 kinderen. Daarna bleef het leerlingenaantal dalen. Vorig jaar waren er nog maar 11 leerlingen over en leek het erop dat de school moest sluiten. We hebben een vergadering gehad in het wijkcentrum. Na een oproep om gezinnen hierheen te krijgen hebben we nu bijna dertig kinderen op school.’’ Het lesgeven mist ze niet echt en ze heeft ook genoeg om handen om zich niet te hoeven vervelen. Ze is vooral actief in de kerk.
,,Toen ik werkte waren er maar twee leerkrachten in de school’’, vertelt Olive. ,,Ik moest vier klassen lesgeven. En je had geen remedial teacher voor de zwakkere leerlingen. Je moest alles zelf doen en rekening houden met alle niveaus van de leerlingen. Je was een goochelaar. Elke avond moest ik m’n lessen voorbereiden en had ik m’n plan klaar liggen voor de volgende dag. Het kon snel uit de hand lopen als je de dag niet nauwgezet gepland had. Het kwam niet vaak voor dat ik vóór 5 uur naar huis ging. Ik ben nooit getrouwd geweest. Mijn moeder was invalide. Ik heb de laatste 11 jaar van haar leven voor haar gezorgd. Ik had de tijd niet om eenzaam te zijn.’’
Na de stichting van de Ierse Vrijstaat in 1922 verloor Kiltyclogher zijn natuurlijk achterland in het graafschap Fermanagh. ,,De afgelopen twintig jaar zijn ook moeilijk geweest. Veel jongeren zijn weggegaan en niet teruggekeerd. We hadden ooit zeven pubs, nu nog twee. We hadden twee gordijnenwinkels. Nu hebben we niets meer. Ook het politiebureau is verdwenen.’’
,,We zijn bang voor een hard border. Tijdens The Troubles was Kiltyclougher afgesneden van Noord-Ierland. De wegen waren allemaal zogenaamde ‘niet-goedgekeurde’ wegen. De grenswegen werden opgeblazen door het Britse leger om elk gebruik van de wegen te voorkomen. Als ik op bezoek ging bij mij vrienden die 1 mijl verderop woonden, moest ik lopen. En Ik mocht bijvoorbeeld mijn auto niet meenemen naar het noorden. Als ik naar Garrison [in Noord-Ierland] wilde rijden, 4 mijl hier vandaan, moest ik helemaal over Ballyshannon rijden, een afstand van 25 mijl. De enigen die hun auto mee mochten nemen de grens over, waren geestelijken, dokters of dierenartsen. Er opende zich een hele nieuwe wereld voor ons toen we in 1994 onze auto mee konden nemen de grens over.’’
Bosbouw is ook een punt van zorg in Kiltyclogher. ,,Er is een landelijke organisatie die land opkoopt voor bosbouw. Boeren kunnen daar niet mee concurreren wat de prijs van de grond betreft. Ook is het moeilijk om toestemming te krijgen om een huis te bouwen. En dan hebben we nu Brexit. Het is moeilijk in te schatten wat daar de gevolgen ervan zijn. Boeren zijn bezorgd. Ze kunnen nu hun producten verkopen, maar straks misschien niet meer.’’
,,In Kiltyclougher werd vroeger veel gesmokkeld. Ik nam een keer twee pond boter mee nadat ik een vrouw had bezocht aan de andere kant. Dat was niet toegestaan. Ik verpakte het in een plastic jas. Toen ik bij de brug kwam, zag ik een kleine hond aankomen lopen. Dat betekende dat de douaneambtenaar er achteraan kwam. Ik gooide de boter in de sloot. M’n zus kwam de avond daarop de vrouw van de douanebeambte tegen en zij zei: ‘Gerry heeft de boter van Olive gevonden, maar hij heeft het verstopt’. Hij wist dat ik geen smokkelaar was.’’
Olive hoopt dat de nieuwe gezinnen die naar Kiltyclogher verhuisd zijn, ook blijven. ,,Veel mensen kunnen tegenwoordig vanuit huis werken. Kiltyclogher is een leuk dorp.’’ Maar Olive herinner zich ook een programma van 15 jaar geleden, dat ‘hervestiging op het platteland’ heette. In totaal verhuisden er 800 families naar plaatsen als Kiltyclougher. Vooral vanuit Dublin. Sommigen gingen later weer terug. Anderen gingen na verloop van tijd naar wat grotere centra. Een van de grootste problemen in Kiltyclougher is dat er geen openbaar vervoer is en ook geen werk. ,,Het wordt lastig als de kinderen ouder worden en ze naar de middelbare school in Manorhamilton gaan en daarna naar Dublin of Sligo.’’
Het verdwijnen van de grens heeft in ieder geval een positieve invloed gehad op de kerken in Kiltyclogher. ,,De kerk hiernaast is the Church of Ireland. Alle gemeenteleden komen van over de grens. Dat zou niet kunnen als de wegen niet goedgekeurd waren. En ook veel katholieken van de andere kant komen hier naar de kerk.’’