Het lage versnellingsleven

Mike

Zo’n reis, zoals ik die maak, is ook een persoonlijke ontedekkingstocht. Een bewustwording van wat echt belangrijk is in het leven. Teruggeworpen op mijzelf, in de beperkte ruimte van mijn wagen, in een vreemde en voortdurend veranderende omgeving leid ik een veel eenvoudiger leven zonder veel afleiding en bijna zonder vaste patronen. Natuurlijk ben ik niet volledig geïsoleerd en heb ik – beperkt – internet en onderhoud ik contact met het thuisfront, maar het alleen al niet meer dagelijks op Twitter zitten, geeft enorme ruimte en rust. En tijd om te ontdekken waar het werkelijk om gaat.
In plaats daarvan loop ik nu op dinsdagmorgen van de camping in Johnshaven over de eenvoudige strandweg naar het dorpscentrum. Onderweg zie ik de aalscholvers zittend op een rots, als heersers uitkijkend over hun jachtterrein. Ik zie hoe meeuwen boven zee vliegen, een moment stilstaan in de lucht en zich vervolgens met ware doodsverachting in het water storten op zoek naar voedsel. Onderweg kom ik spreeuwen tegen die zich luid kwetterend badderen in een plas aan de rand van de camping.

En ik stuit op een man die een hond uitlaat. Als vanzelf raak ik met hem aan de praat. Hij ziet er uit als een zeeman. Meer dan een uurlang neemt Mike me mee naar zijn wereld, of liever naar zijn twee werelden. Hier in Johnshaven heeft hij zijn eigen huisje aan zee, met een driewiel Citroën voor de deur. Hij laat nu de Staffordshire pitbull uit van z’n dochter en werkt, alhoewel 71, nog 3 uurtjes per dag op de camping waar ik logeer. Mike maait het gras en doet klusjes. In Johnshaven wonen wat van zijn kinderen en kleinkinderen.,, Zeven kinderen en tien kleinkinderen”, schatert hij. Hij is een paar keer getrouwd geweest en heeft als dokwerker gewerkt, even verderop in Montrose. En in Johnshaven woont hij al 36 jaar.
Zijn andere leven speelt zich af in Thailand waar hij de lente en zomermaanden doorbrengt. Hij heeft er een vriendin wonen. Zij is nu bezig met het inzaaien van de rijst en hij helpt haar straks met de oogst. Duizend pond per maand heeft hij nodig voor zijn leven daar. Begin oktober vertrekt hij hier en in maart komt hij weer terug in Johnshaven.
We staan stil bij de fabrieksloods van Murray McBay, Shellfish Merchants en kijken naar de lege viskratten en visfuiken die op het parkeerterrein staan. Van hieruit worden kreeften en krabben vervoerd naar het buitenland: Frankrijk en Spanje. Buiten staat een man bij een plastic krat met bevroren vissen. Ze moeten ontdooien en worden later gebruikt als aas voor de krabben en kreeften die hier voor de kust rondscharrelen. Overal liggen hier ‘creels’, visfuiken voor schelpdieren. De man blijkt de eigenaar te zijn: Ivar Mc Bay. Hij ziet er uit als een ‘gewone’ visser. Zijn kreeften en krabben haalt hij overal vandaan: de Orkney eilanden, Peterhead. Maar ook hier dus voor de kust van Johnshaven worden met kleine sloepen schaaldieren gevangen die hij verhandelt.

Ivar

Ivar legt me uit dat de wereld aan hebzucht ten onder gaat. ‘Mensen willen steeds meer en groter.’ Hij heeft het over een fruitbedrijf hier waarvan de eigenaar alleen maar Oost Europeanen in dienst heeft. Hij breidt zijn bedrijf voortdurend uit. Zijn werknemers zijn moderne slaven die worden uitgebuit en steeds harder moeten werken onder verslechterende arbeidsomstandigheden. Maar er komt een dag waarop zij in opstand komen, waarschuwt hij. Het klinkt als Karl Marx, anno 2018. ‘Waarom niet genoeg hebben aan wat het leven al geeft?’, vraagt hij zich af. Zijn eigen bedrijf zou hij makkelijk drie keer zo groot kunnen maken, zegt ie. Maar dat wil hij niet, want hij is tevreden met hoe het nu is. Hij heeft genoeg en hoeft niet meer.
,, En Schotland moet onafhankelijk worden en zich niet de les laten lezen door Engeland.” Als ik hem vertel niet zo nationalistisch te zijn, zegt hij ‘Bullshit’.,, Jij zou toch ook niet willen dat de Duitsers bepalen, wat er in Nederland gebeurt.”

Na dit lesje geopolitiek vervolgen Mike en ik onze weg. Mike vertelt dat Ivar een klein eilandje bezit voor de kust van West Schotland, waar hij ook kreeften bewaard. Hij weet het omdat z’n eigen zoon die samen met een van Ivars zonen vist er weleens is geweest.

Als we afscheid nemen, nadat ik Mike’s groene driewiel Citroën heb bewonderd, loop ik terug naar de camping. Dit is leven. Op een dinsdagmorgen kijken en luisteren naar de rollende golven, genieten van de meeuwen, aalscholvers en spreeuwen langs de kust. En wandelen, mensen ontmoeten en gewone gesprekken voeren met gewone – en minder gewone – personen.
En daarna jezelf verwonderen over de eenvoud van het leven.