MARYPORT – Als ik m’n auto parkeer in John Street en naar de haven wil lopen, zie ik hoe een man met blauwe stofjas in de deuropening van een kapperszaak staat en toekijkt. Als ik dichterbij kom, vraagt hij me of ik m’n parkeerschijf wel op m’n dashboard gelegd heb, want je mag hier maar twee uur parkeren en er wordt flink gecontroleerd. Dat heb ik natuurlijk niet en m’n parkeerschijf heb ik ook niet direct bij de hand, maar dat geeft niet. George Bell, want zo heet hij, geeft me een papieren parkeerschijf die ik mag houden. De tijd heeft hij al voor me ingesteld.
door John Spijkerman
G. Bell Hairdresser staat er boven zijn zaak in John Street. Drie dagen per week is hij nog open, maar George is niet van plan snel te stoppen, ook al heeft hij de respectabele leeftijd van 76. Daarvoor vindt hij het kapperswerk veel te leuk. ,,Ik zeg altijd dat ik doorga met werken totdat ik een keer opsta en geen zin meer heb om te werken, maar die dag is nog niet aangebroken.’’ George is getrouwd, maar heeft geen kinderen. Hij is al zestig jaar kapper. ,,Ik ben op mn vijftiende van school gegaan en sinds die tijd werk ik als kapper. Ik wil niet met pensioen. Ik werk maar drie dagen en dan ben ik vier dagen vrij.’’ Hij doet wat een kapper moet doen: knippen, luisteren en praten. George heeft veel vaste klanten. ,,Maar onlangs had ik nog een gepensioneerde politieagent uit Nieuw Zeeland die langskwam. Hij wilde foto’s maken van de zaak. Ik praatte een half uur met hem. Sommige klanten komen een keer in de drie weken, maar ik heb er ook een die elke week komt en zich helemaal kaal laat scheren. Ik heb tegen hem gezegd dat ie dat beter thuis elektrisch kan doen, maar hij wil hier graag komen. Ik bereken hem niet het volle tarief. Hij mag twee keer komen voor de prijs van een keer.’’
We praten nog steeds in de deuropening. Een kennis loopt voorbij met een dvd onder zijn arm hij groet: ,,Hey George’’. Deze reageert gevat: ,,Dirty video?’’ De man zegt ‘No’, maar loopt snel door. Net als alle kappers, weet George veel van mensen. ,,Er zijn twee onderwerpen waar je geen duidelijke mening moet laten horen. Dat zijn politiek en religie.’’ Ondanks deze zelf opgelegde beperking wil George wel praten over Brexit en doet hij toch voortdurend politieke uitspraken.
,,Brexit? Dat duurt nog wel een jaar’’, denkt George. ,,They are arguing too much,.’’ Hij denkt dat het ergens wel goed is, dat het Verenigd Koninkrijk (VK) uit de EU stapt. ,,Mensen zeggen dat ze geen handel meer met ons willen drijven, maar Duitsland kan zich dat niet veroorloven. We kopen er heel veel auto’s. En in Frankrijk kopen we veel vlees. Aan wie gaan ze dat dan verkopen?’’ George verwacht dat de handel gewoon door zal gaan. George zegt voor de gemeenschappelijke markt te zijn, maar niet voor de EU. ,,Griekenland is vier of vijf keer financieel geholpen. Spanje ook. Wij moeten die andere landen redden. Landen worden te makkelijk en te snel toegelaten. En onze regering heeft Ierland geholpen. Dat was niet de EU.’’
,, Duitsland heeft te veel immigranten toegelaten in een keer. Toen is het probleem begonnen.’’ Maar zijn er dan te veel immigranten in het VK? ,,Daar heb ik niet echt over nagedacht, maar veel immigranten komen hier omdat ze maar een ding willen: een gratis uitkering. Het is te gemakkelijk in Britain. Daar hebben de mensen genoeg van.’’ George constateert dat de National Health Service onder druk staat. ,,Als we dat niet snel oplossen, dan betekent het het einde van de NHS. We moeten hier immigranten binnen laten op dezelfde manier als ze dat in Australië doen. ,,Alleen als je geld hebt of iemand hebt die je kan ondersteunen. Dat vind ik.’’
Hij vindt dat de Britse regering de uitslag van het referendum niet terug moet terugdraaien. ,,Ik vind niet dat er opnieuw over gestemd moet worden in het parlement. De mensen hebben gezegd dat ze er uit willen.’’ Als daaraan getornd gaat worden, voorziet George grote onrust. Hij ziet ook niets in een tweede referendum. En als wij eruit gaan, denk ik dat Frankrijk het volgende land zal zijn, dat er uit gaat.’’
Mijn gesprek met George zet ik anderhalf uur later voort. Eerst ga ik Maryport door. Ik loop naar de haven waar vroeger veel steenkool verscheept werd. In Cumbria waren veel kolenmijnen. Tegenwoordig hebben ze de nucleaire centrale in Sellafield dat een kleine veertig kilometer verderop ligt en een belangrijke werkverschaffer is. De haven is een grote zandbak, met in het het midden een zielig stroompje water. Het is eb. Na een kop koffie in het ‘bezoekerscentrum’ ga ik terug naar het kleine stadscentrum en zie ik dat er een trouwerij plaatsvindt in de kerk bovenaan Crosby Street.
Slavko Fedorc
Ik loop naar boven en zie een grote Hummer van misschien wel negen of tien meter lang. Voorin zit een chauffeur. Hij heeft wel even tijd. Het bruiloftspaar en de gasten zitten in de kerk en hij wacht totdat ze klaar zijn om ze naar een andere plek te vervoeren waar het feest wordt gehouden. Zijn naam is Slavko. Hij heeft een chauffeursuniform aan, met pet op. Het is een Schot uit Dumfries, maar zijn vader was Oekraïner en kwam na de oorlog naar Schotland. Slavko werkt voor de Dumfries Limo Company. Hij rijdt gezelschappen rond in zijn Hummer waarin 13 mensen passen, maar er is er ook nog een die een maatje groter is.
Dumfries heb ik zelf vijf dagen geleden nog bezocht. Slavko is niet onverdeeld enthousiast over deze Schotse plaats. ,,De gemeenteraad doet niet genoeg voor de stad’’, vindt hij. ,,We hebben twee gebouwen die een ‘plaatselijke grap’ zijn. We hebben een sportcentrum, gebouwd door de gemeenteraad, eigendom van de gemeenteraad en bedoeld voor Dumfries en Galloway met een zwembad. Dat kostte miljoenen. Het was veel duurder dan gepland. Ze wilden het zwembad voor wedstrijden gebruiken. Nou blijkt alleen dat het een meter te kort is en kunnen ze het daarvoor niet gebruiken. En we hebben ook een soort ‘superschool’, waar verschillende scholen bij elkaar in een gebouw zijn ondergebracht. Het is net geopend, maar de deuren vallen er nu al uit en het dak is ingestort en ze moesten de school sluiten. Maar niemand is verantwoordelijk. It’s absolute lunacy.’’ Van politici heeft Slavko geen hoge pet op. ,,Ze zijn allemaal corrupt.’’
Verenigd Koninkrijk
Hij is tegen Schotse onafhankelijkheid. Schotland kan niet op eigen benen staan. Het heeft niet genoeg hulpbronnen om overeind te blijven. In Aberdeen gaat het ook niet meer zo goed als een jaar of vijf geleden. Ik was in de Verenigde Staten toen het Schots onafhankelijkheidsreferendum werd gehouden. Mensen vroegen me ‘Maar wil je niet onafhankelijk zijn?’ Ik zei: ‘Het is alsof Texas of Ohio onafhankelijk wil worden van de VS. Het heet niet voor niets Verenigd Koninkrijk en Verenigde Staten’. Het gaat om het verenigd zijn. Als Schotland onafhankelijk zou worden, zou ons bedrijf waarschijnlijk verhuizen naar Engeland. Het is te lastig met controles enzo.’’
Tijdens het Brexitreferendum heeft hij ’Remain’ gestemd. ,,Ik vind dat we in staat moeten zijn om handel te drijven.’’ Hij is voor het instandhouden van de gemeenschappelijke Europees markt. ,,Het VK moet onderdeel blijven van Europa, maar iemand anders moet je niet vertellen hoe jij je land moet runnen.’’
Slavko was vroeger vrachtwagenchauffeur en reed overal rond in Europa. ,,Overal betaal je tol of een belasting: in Frankrijk, Duitsland, Zwitserland en Italië. En als je dan in Groot Brittanië komt, is het gratis voor buitenlanders, maar wij betalen hier wel motorrijtuigenbelasting. Is dat redelijk en eerlijk? Europa zegt dat we geen belastingen mogen heffen voor Europeanen die hier naartoe komen. Waarom niet? Onze chauffeurs betalen dubbel.”
Dit is zijn laatste klus voor vandaag. Daarna heeft Slavko drie weken vakantie. Morgen gaat hij met het vliegtuig naar Florida. In Oekraïne is hij nog nooit geweest. Hij spreek een paar woordjes. ,,Ik kan tot tien tellen.’’ Of en waar in Oekraïne nog familie woont, weet hij niet. ,,Na de oorlog was het niet veilig voor mijn vader om terug te gaan of om contact op te nemen met de familie. Hij stierf voordat Oekraïne vrij werd. Ik ben er nog nooit geweest. Ooit ga ik wel eens terug.’’
Eric Hodgson
Na mijn gesprek met Slavko, besluit ik toch nog even bij de kapper George Bell langs te gaan om gedag te zeggen. Als ik de zaak binnenloop, zit er iemand anders op de bank. Hij komt niet om geknipt te worden, maar om even met George bij te kletsen en uit te rusten. Zijn naam is Eric Hodgson en hij is 72. Politiek zijn George en Eric het over veel zaken eens, zo blijkt. Alleen zegt Eric het wat minder omfloerst en is hij een stuk minder diplomatiek.
,,Ik wilde uit de EU’’, vertelt Eric. ,,Er zijn al genoeg buitenlanders die geld van ons krijgen. Het eerste wat ze hier doen als ze binnenkomen is naar het loket bij Sociale Zaken stappen.’’ Niet dat er nou veel in Maryport komen… ,,Maar Londen zit vol met ‘darkies.’’
Eric is geboren in Maryport. ,,And I’ll die here. Iedereen kent iedereen. Er zijn geen geheimen in Maryport. In Londen kent niemand je. Als ik hier op de Main Street loop, word ik door twee of drie mensen aangesproken.’’ Eric werkte vroeger in de houthandel even verderop in de straat. Als de zaak nog geopend was, zou hij er nog werken. Goede politici kent hij niet. ,,In het Hogerhuis slapen ze in het parlement. Ze komen alleen omdat ze dan geld krijgen.’’ Ze hadden ooit bijna voor The Looney Party gestemd en op de voormalige rocksinger Sceaming Lord Such, want die had wel gelijk….
Eric heeft een buspas en kan gratis met de lokale bussen reizen. Maar voor andere vormen van openbaar vervoer, moet hij gewoon betalen. In Schotland is dat voor ouderen heel anders geregeld, weten ze.
,,Ze krijgen gratis openbaar vervoer voor de bus, trein en ferry. En op moeilijk bereikbare plekken mogen ze gratis met de taxi. Wij moeten hetzelfde krijgen als zij’’, vindt George. Eric is voor een radicalere oplossing. ,,Ze moeten naar Hadrian’s Wall gaan met een lading stenen en er een muur op bouwen.’’
Opeens vraagt George me bezorgd hoeveel minuten ik nog op m’n parkeerkaart heb staan. Er wordt hier flink gecontroleerd en ik ben al over tijd, realiseer ik me. Hoogste tijd om verder te gaan. Ik maak een foto van George en Eric en wens ze het allerbeste en verlaat de zaak van G. Bell Hairdresser.